Peuters. Het zijn leuke, leergierige, kleine wezentjes. Ze pikken zoveel op en leren immens snel. Dat is natuurlijk heel fijn, want zo wordt je kleintje steeds wijzer, slimmer en groter. Maar, doordat ze zoveel oppikken, pikken ze ook de minder goede dingen op. Want welke peuter heeft nou nog nooit per ongeluk uit de mond van papa of mama een woord horen komen die eigenlijk niet helemaal voor zijn of haar oren bestemd waren? Juist. Vandaag dus een artikel over wat je niet moet zeggen en/of doen in het bijzijn van je peuter.
- Scheld- en vloekwoorden. Tja, ik denk dat iedere ouder per ongeluk weleens een woord eruit heeft gefloept die niet voor de oren van je 2-jarige bestemd was. En wat gebeurde er toen? Die kleine draak herhaalde nou juist net dat ene woord…
- Een spelletje van ‘nee’ maken, zodat je peuter het juist wél doet. ‘Nee’ is een magisch woord voor peuters. Niet alleen om zelf te zeggen als antwoord op alles wat jij aan hen vraagt te doen, maar ook om het als een soort spelletje te zien. Om een voorbeeld te noemen: zeg maar eens tegen je peuter “Je gaat niet stiekem papa een kusje geven hè”. Wat gebeurt er? Je peuter gaat papa een kusje geven en lacht daarbij. Heel schattig. In het begin dan. Totdat je jezelf beseft hoe dom je bezig bent, ook al lijkt het onschuldig. Want wat leer jij je peuter? Als je nee zegt of zegt dat de peuter iets niet mag en de kleine draak het dus toch doet, hij of zij denkt dat het een leuk spelletje is. En zien ze dan nog het verschil met als je het echt meent… Nope.
- Iets doen wat je peuter ook niet mag doen. Soms komt dat inner-kind in jezelf los en doe je weleens dingen in het bijzijn van je peuter die je normaal gesproken niet goed vindt. Ik snap de fun, maar als jij normaal gesproken niet wilt dat je peuter bepaalt gedrag laat zien (bijvoorbeeld op eens stoel staan, op de tafel zitten of drummen op de tafel met het bestek om zomaar wat random voorbeelden te noemen), moet je dat die ene keer dat jij je inner-kind los laat ook niet laten zien. In ieder geval niet waar de peuter bij is. Want zeker weten dat de peuter het ook na gaat doen.
- Een discussie aangaan. Verdorie zeg. Jij bent de ouder, dus jij bepaalt. Jouw kind heeft zich aan jouw regels te houden. En geloof me: kinderen vinden regels en grenzen fijn. Het geeft ze duidelijkheid en houvast. Als jij de discussie met je peuter aangaat, geef je hem of haar eigenlijk ruimte om er ook iets van te vinden. En hoewel ik heel erg ben van uitleggen en je kind ook laten vertellen wat hij of zij er van vindt, is dat niet in alle gevallen slim om te doen. Iets met choose your battles, maar vooral ook met waar jij als ouder zijnde van vindt dat iets per se wel of niet moet en waar jij van vindt waar ruimte mag zijn.
- Niet doen wat je zegt. Het lijkt een beetje op puntje nummer 4. Als jij zegt dat iets niet mag of wat dan ook, en je komt er later op terug, geef je die kleine draak de ruimte. Het gevolg is dat je peuter de eerstvolgende keer ook denkt de ruimte te kunnen pakken. Ben consequent. Als jij iets gezegd hebt (ook als je er spijt van hebt), voer het uit. Zeg wat je doet en doe wat je zegt.
- Ruzie maken met je partner. De hel voor je kindje als jij en je partner ruzie maken. Ten eerste omdat kinderen gevoelens nogal snel kunnen oppikken en ten tweede omdat zij zich daar heel ongelukkig bij gaan voelen en zichzelf zelfs de schuld kunnen geven. Oftewel: maak geen ruzie waar je peuter bij is. Is er iets waarover je ruzie wilt maken met je partner zeg dan duidelijk dat je het later op de avond (als de peuter op bed ligt) het er nog wel over hebt. Laat het dan met rust en zorg dat het ruziegevoel uit je systeem verdwijnt zodat je kleintje zich weer op zijn of haar gemak voelt.
Eigenlijk is het heel simpel. Gedraag je voorbeeldig waar je peuter bij is, want voor je het weet hoor of zie jij de slechtste versie van jezelf terug in je kleintje…. En of we daar dan gelukkig van worden….?
Wat heb jij weleens gezegd of gedaan in het bijzijn van je peuter waarvan je achteraf dacht: “oeps!”.